Dit is een reisverslag van onze vakantie in Brazilië, drie weken in de zomervakantie van 2024. We maakten deze reis samen met onze toen 11-jarige dochter. Voor de activiteiten, accommodatie en het vervoer in de Pantanal en Bonito maakten we gebruik van een lokale reisaanbieder. De rest van de reis hebben we volledig zelf georganiseerd.
In dit reisverslag lees je vooral wat we beleefden en hoe we ons voelden. Blogs met praktische tips over diverse bestemmingen volgen op een later moment. Lees hier deel 1: Brazilië; Pantanal en Bonito.
Dag 11 -14 Rio de Janeiro
Gisteren laat zijn we geland in Rio de Janeiro, snel ingecheckt en naar bed. We worden wakker in een wereldstad. Eerst ontbijt. Het Selina Hotel heeft geen buffet; in plaats daarvan kiezen we uit drie verschillende à-la-carte-opties. Dat duurt allemaal wel wat langer, maar zo hebben we direct tijd om te bedenken wat we gaan doen.
Het wordt de Suikerbroodberg en daarna de stranden van Rio de Janeiro. De berg bestaat eigenlijk uit twee toppen en er gaat ook een kabelbaan tussen beide toppen. De ene top, de Urca, kun je oplopen, maar ik zie op de website geen kaartjes meer voor de kabelbaan tussen de twee toppen (achteraf blijkt er op de Urca wel een kantoortje te zijn om die te kopen). Dus we nemen de kabelbaan omhoog en lopen terug. Het uitzicht vanaf de Suikerbroodberg is echt geweldig: de hele stad ligt aan onze voeten. We kijken een tijdje naar de vliegtuigen die landen op de korte landingsbaan van Santos Dumont. Gisteren vroegen we ons al af waarom er zelfs vanaf het kleine vliegveld van São Paulo meerdere vluchten per uur naar Rio gaan en ze niet gewoon een groot vliegtuig inzetten. Dat kan daar dus helemaal niet landen. Rio heeft ook wel een groot vliegveld, maar dat ligt buiten de stad.
Het is bovenop beide bergtoppen wel erg volgebouwd en commercieel. Marcel zegt zeker te weten dat er ook nog natuur moet zijn. Het is even zoeken, maar op de Suikerbroodberg is er inderdaad nog een verstopt bospaadje. Weinig mensen weten die te vinden, en we komen hier de allerschattigste aapjes tegen. We lopen naar beneden, helemaal door het bos. Het is nu 35 graden in Rio de Janeiro, dus wat schaduw is wel zo fijn.
Tegen de tijd dat we geluncht hebben, is het al later dan verwacht. We houden het bij één strand: het strand van Copacabana. We huren een parasol en twee stoeltjes, nemen een drankje erbij en doen onze voeten in het zand. Het is trouwens eigenlijk helemaal geen bijzonder strand. Geen palmbomen of schaduw, gewoon geel zand, en zwemmen kan ook niet. De branding is veel te heftig en vandaag staan er duidelijke waarschuwingsvlaggen. Spelen in de golven is op deze manier wel hartstikke leuk. Onze dochter vermaakt zich uitstekend, maar ik moet haar wel meerdere keren aanspreken om echt niet te diep te gaan. Af en toe komt er echt een monstergolf. Een jongen gaat toch te ver en gespannen kijkt het hele strand toe hoe hij gered moet worden. Twee strandwachten zijn echt lang bezig om hem weer aan land te brengen.
Een beetje rozig en met zand overal gaan we terug naar het hotel. Om de hoek zijn de beroemde trappen met mozaïekstenen, dus daar lopen we nog even heen.
Op dag 2 hebben we kaartjes voor het beroemdste standbeeld van Rio de Janeiro. Met het treintje gaan we omhoog. Dan bovenop is het druk, niet gewoon druk, maar echt heel vol en je staat tegen elkaar aan. We maken onze foto’s en zijn er dan ook snel klaar mee. Gisteren was de Suikerbroodberg veel leuker. Wel hebben we ons zevende wereldwonder afgevinkt, check.
We gaan nu naar een heel ander deel van de stad. We gebruiken Uber in Rio de Janeiro en dat werkt prima; zo hoeven we ook geen Portugees te spreken. Hier bezoeken we het Museu do Amanhã, het Museum van Morgen. Een supermodern museum met mooie video’s en ook een gedeelte om zelf wat testjes te doen. Het blijkt dat dit museum en ook het tegenovergelegen kunstmuseum op dinsdagen gratis te bezoeken zijn. We lopen ook daar nog even binnen. Onze dochter vindt vooral de tentoonstelling over Afrikaanse danscultuur leerzaam: “dan moet je zo met je billen dansen.”
In de omgeving is er ook nog wat streetart en zijn er de fundamenten van de slavenmarkt. Bij die laatste begint de wijk al wat sketchy aan te voelen. We krijgen geen Uber opgepikt en Marcel loopt een blok verder en wil nog een doorlopen, want zo ver is het niet. Dat voelt helemaal niet lekker. Ik sta op mijn strepen: dit is Rio de Janeiro, hè, niet Bangkok. Mensen worden hier daadwerkelijk dagelijks overvallen. Tot nu toe voelt Rio heel relaxed, maar één of twee blokken kunnen echt een enorm verschil maken. Van een gezellige straat vol lokale mensen die met de telefoon in de hand lopen, tot een grauwe straat met afval op de stoep en mensen met blikjes bier in de hand.
Onze derde dag in Rio bezoeken we weer een museum: het voormalige presidentiële paleis, een prachtig gebouw met een even zo mooie tuin. Daarna gaan we naar Parque Lage, een mooi park aan de rand van de jungle met ook echt een junglegevoel. We zien veel vogels, aapjes en agoeti’s. In het park staat een gebouw dat bekend werd door de video “Beautiful” van Snoop Dogg en Pharrell. Ik had gelezen dat je er ook kunt lunchen. We grijpen net het laatste tafeltje en verwonderen ons daarna over de mensen die gewoon meer dan een uur in de rij staan om hier een foto te maken. Als je dan eindelijk aan de beurt bent, neem je natuurlijk de tijd voor heel veel verschillende poses. Die foto slaan we zelf dus maar even over. Lunch was aardig, je betaalt voor de locatie.
Laatste stop van de dag: het strand. Ipanema Beach deze keer. Gelukkig net iets minder heftige golven en daardoor nog leuker om te spelen. Het strand heeft ook net een ander sfeertje, met iets meer jongere en hippere mensen. Wederom zien we dat in Brazilië je figuur of leeftijd echt niet uitmaakt; een stringbikini kan altijd. Als het wat koeler begint te worden, fietsen we nog een stukje langs het strand, gaan we ergens eten en nemen we de Uber weer terug.
De laatste dag in Rio beginnen we met een tour door Favela Santa Marta. Een kleinere favela die beroemd werd door Michael Jacksons videoclip “They Don’t Care About Us,” die hier werd opgenomen. De gids doet het leuk en we krijgen veel te horen over het leven hier. Het zou allemaal niet zo gevaarlijk zijn, maar “mensen, nu even geen foto’s maken,” want er loopt een dealer voorbij met een machinegeweer; heel normaal allemaal. Het is in ieder geval fijn om te zien wat ze hier allemaal doen met het geld uit toerisme, vooral voor de kinderen in de wijk.
Onze laatste middag hebben we nog heel wat keuzes. Vier dagen in Rio is een mooie hoeveelheid tijd, maar zeker niet genoeg om alles te doen. Het wordt een compromis: de dierentuin, tegenwoordig Bioparque de Rio de Janeiro. Een moderne dierentuin met ruim opgezette verblijven voor de dieren. Eindelijk zien we toch nog een miereneter! De dierentuin is niet supergroot, maar prima voor een paar uurtjes.
Dag 15 – 17 Ilha Grande
We hebben een transfer geboekt naar Ilha Grande: eerst met een minibusje en daarna met de speedboot. Rond een uur of twee staan we op het eiland, een eiland dat alleen te voet te ontdekken is en, op een paar plaatsjes na aan het strand, vooral bestaat uit jungle. Het is heet, snikheet zelfs, met temperaturen boven de 35 graden. De rest van de middag doen we dan ook niets anders dan op het strand chillen en lekker zwemmen.
Jammer genoeg zijn de stranden bij het plaatsje Abraão, waar de meeste hotels en voorzieningen zijn, niet supermooi. Er drijven ook veel takjes, blaadjes en stukjes plastic in het water. Op de weerapp zien we ondertussen dat het weer de komende dagen enorm gaat veranderen. We besluiten dan ook om de volgende dag direct te gaan duiken. Onze dochter heeft net voor de vakantie haar SSI Junior gehaald.
We varen een uur langs het eiland en zien van een afstandje vele mooie strandjes. Dan is het tijd voor de duik. De eerste duik gaat nog wat moeizaam. Het is natuurlijk ook spannend, zo in de zee. Dit is geen tropische zee, dus verwacht niet enorm veel koraal, maar wel veel begroeide stenen en veel vissen. We zien twee kleine schildpadden die elkaar gedag lijken te zeggen. De tweede duik gaat gelukkig wel helemaal soepel. Ook nu zien we weer twee schildpadden, eentje van wel heel dichtbij. Wat een bofkonten zijn we! Het was een heerlijke duikdag, helemaal omdat op de weg terug nog enkele dolfijnen zich melden.
Tegen de tijd dat we terug zijn, is het weer echt omgeslagen: kouder en regenachtig. Omdat de voorspelling voor de komende dagen er niet veel beter uitziet, besluiten we niet nog een dag te gaan duiken en een dagje eerder te vertrekken naar Paraty. Jammer dat we dat niet eerder gezien hebben, want dit kost ons een dubbele hotelnacht. We blijven nog een dag, en die is precies zoals voorspeld: echt de hele dag regen, met af en toe iets drogere periodes. We gaan wandelen, want Ilha Grande staat ook bekend om de mooie hikes. We lopen door de jungle, en als het niet te hard regent, merk je daar weinig van. We zien nog twee rode neusberen en komen langs twee mooie, lege stranden. Normaal kun je vanaf zo’n strand een bootje terug nemen, alleen die zijn er vandaag niet. Daardoor moeten we ook alles weer terug lopen. We zijn direct na het ontbijt vertrokken en net voor half twee terug, vlak voordat de buien nog heftiger worden. We eten een hapje en dan is het tijd voor een film- en blogmiddag.
Dag 18 – 20 Paraty
Wanneer we wakker worden, is het nog steeds koud. We verlaten het eiland en nemen de bus en boot naar het plaatsje Paraty. Een superschattig koloniaal stadje vol witte huizen met kleurrijke luiken en soms ook gietijzeren balkonnetjes. Ik blijf hier maar foto’s maken. We slapen niet in Paraty zelf, maar twintig minuten erbuiten aan het strand.
Onze eerste middag is het nog koud en we doen dan ook niet veel. Eigenlijk bevalt dat wel. We besluiten de volgende dag ook geen tours te doen, maar te kiezen voor een rustig dagje. ’s Ochtends lopen we naar het oude fort dat uitkijkt over Paraty. Daarna lunchen we uitgebreid, slenteren door de oude stad en pakken vaak een terrasje.
Onze laatste dag in Paraty zijn we gaan duiken. Ook een mooie manier om alle eilandjes voor de kust te zien. De eerste duik was nog wel aardig, al was het zicht al vrij slecht. We zagen wat vissen en verschillende standbeelden onder water. Tijdens de tweede duik was het zicht zo slecht dat we na twintig minuten maar gestopt zijn. Nou ja, onze dochter heeft haar SSI Junior niet voor niks gehaald en toch vier duiken kunnen doen in Brazilië.
De rest van de middag brengen we door op het strand van Paraty: zandkastelen bouwen en lekkere drankjes drinken. We hebben nog een leuk gesprek met een man die voor Philips Brazilië werkte en goed Engels spreekt. Hij is een uitzondering. Tijdens onze hele Brazilië-reis komen we, op de gidsen en hotelmedewerkers na, nauwelijks mensen tegen die Engels spreken. Ook nauwelijks andere gezinnen: die familiereis in de Pantanal en een Belgisch gezinnetje in de bus. “Ik heb eigenlijk heel weinig contact, alleen met jullie,” zegt onze dochter. Dat is dan toch wel een nadeel van Brazilië, hoewel het verder echt een toffe bestemming is.
Dag 21-22: São Paulo en terug naar huis
Na een relaxte tijd in Paraty pakken we onze spullen voor de laatste stop van onze reis: São Paulo. We vertrekken om 9:00 en zijn rond 16:00 in het hotel. Het is een lange reisdag, maar wel in een relaxte bus. Omdat we maar weinig tijd hebben in São Paulo, besluiten we direct naar de Avenida Paulista te gaan, het kloppende hart van de stad. We bekijken de enorme stad vanuit een uitkijkpunt met de laatste zonnestralen van de dag.
Onze dochter heeft zich al de hele reis verheugd op sushi. In São Paulo kun je dat heel goed eten. We vinden een plek met een lopende band, extra leuk. Al doet de rekening wel een beetje pijn.
De volgende ochtend is er nog tijd voor het Museum van Voetbal. Een modern opgezet museum met aandacht voor zowel dames- als herenvoetbal. Natuurlijk is er ook veel te zien over de legende Pelé, die het museum nog heeft geopend een paar jaar voor zijn dood, en over de vijf wereldbekers die Brazilië heeft gewonnen. Er is een heel interactief gedeelte waar we bijvoorbeeld al voetballend drie op een rij kunnen spelen. Eerder deze vakantie waren we bij de Olympische Spelen en zagen we toevallig wedstrijden waarin Brazilië meedeed. Ze zijn bijna net zo gek op voetbal als wij Nederlanders, en ik kan me voorstellen dat een voetbalwedstrijd hier bijwonen een groot feest is.
Daarna lopen we nog een klein rondje door de stad, maar dan is het echt tijd om naar het vliegveld te gaan.
Brazilië was echt een toffe bestemming. Het is niet een land voor iedereen; je moet echt wel wat meer reiservaring hebben en het niet erg vinden om vooral op jezelf aangewezen te zijn. Het is ook redelijk duur, zeker vergeleken met andere Zuid-Amerikaanse landen zoals Peru en Colombia. Het voelt wel heel authentiek; je zit hier echt niet in een toeristenbubbel. Mensen zijn ook aardig en behulpzaam, maar de taal is wel een barrière. Ondanks alle verhalen voelde het voor ons niet onveilig, zolang je maar in de goede buurten bleef—daar waar de lokale bewoners ook zelf met hun telefoon in de hand rondlopen. Het was een mooie afwisseling van natuur, wereldsteden, en relaxen aan het strand. Het is niet zo dat ik zeg: volgend jaar weer, maar ik zou over een paar jaar best een ander deel van het land willen ontdekken.