Dit is een reisverslag van onze vakantie in Indonesië in de zomer van 2022. In dit reisverslag lees je vooral wat we beleefden en hoe we ons voelden. Blogs met praktische tips over diverse bestemmingen volgen op een later moment.
Lees hier het reisverslag van week 1, met een geannuleerde vlucht en bagage die kwijt is maar ook Jakarta en de Karimunjawa eilanden. Of lees hier week 2 over Semarang, Surabaya en Malang.
Dag 15 Malang naar Banyunwangi
Vandaag is een echte reisdag. Er gaat een trein van Malang naar Banyuwangi maar die gaat maar 1x per dag en dan ben je er pas na 22 uur in de avond. Er gaat ook een bus. Van te voren leek mij dat prima, maar Marcel en onze dochter zien dat niet zitten. Het is ook wel een slingerroute en dat 8 uur lang. We vragen nog voor mini-busjes maar die zijn er niet en een privé taxi is echt heel duur. Ons hotel in Malang heeft nog een ander idee. De bus naar Probolinggo en dan vanaf daar de trein naar Banyuwangi. Dan zijn we door de overstap wat langer onderweg, maar we zijn wel om 20 uur in Banyuwangi.
Dat wordt hem dus. Op papier een prima plan maar de bus naar Probolinggo is een uur sneller dan in de reisgids staat. Het museum dat we hadden bedacht om te bezoeken als we tijd over hadden is niet open. Dus het wordt drie uur wachten op het treinstation. Wel met airco, dus zo erg is het ook niet. Ik gebruik de tijd om alle foto’s van de week ervoor op de laptop te zetten.
In Banyuwangi worden we opgehaald door onze homestay. Dan direct naar bed want het gaat een heel kort nachtje worden.
Dag 16 Kawah Ijen beklimmen
De wekker gaat om 1:00, dat is best naar. Om 1:30 staat onze gids klaar. We gaan de Kawah Ijen beklimmen, een activiteit waar ik van te voren best twijfel over had. Tijdens onze 2007-reis door Java kwamen we helaas tijd tekort dus ik wilde het nu echt graag. Alleen zo vroeg opstaan, een vulkaan oplopen in het donker en dan ook nog de giftige zwaveldampen.. Tja, niet voor niks zit deze vulkaan niet in de programma’s van familiereizen en wordt het online ook vaak afgeraden voor gezinnen.
Toch gaan we het doen, we hebben besloten de blue fire te laten zitten (hiervoor moet je in het donker de krater in) en te gaan voor een sunrise tour. We hebben speciaal hiervoor in Jakarta de Decathlon opgezocht, voor onze dochter wandelschoenen en voor ons alle drie truien gekocht. Dit zat namelijk allemaal in onze bagage die nog steeds zoek is.
Superblij mee, want als we uit de auto komen is het koud.. koud.. koud.. Slechte start, onze dochter zit te bibberen. Ze verkopen hier ook nog mutsen en handschoenen. Voor omgerekend 2 euro kopen we een muts. Ik zou graag willen gaan lopen.
Volgens de gids is dat niet verstandig en moet je hier even acclimatiseren. Om 2:45 beginnen we dan toch met de klim. Gelukkig helpt dat al snel en warmen we door de inspanning wel op.
We gaan sneller dan de gids had ingeschat en dat is niet goed, want dan moeten we boven nog blauwbekken. Gelukkig is er nog een plek om een vuurtje te maken. Onderweg hebben we wat zwavelblokjes opgepakt en die steken we aan. Zo hebben we toch nog onze eigen blauwe vlam. De hele rij miertjes met lichtjes die in file vorm de krater ingaan ziet er niet echt aantrekkelijk uit. Ook vanaf boven hebben we trouwens zicht op het natuurfenomeen dat alleen ’s nachts te zien is.
Dan is het wachten op de zonsopkomst om 5:37, wat is die mooi! En het kratermeer met blauwgroen (supergiftig) water. Bijna geen bewolking behalve de sulferdampen. “Dit is heel bijzonder he” ook onze dochter is zwaar onder de indruk.
Na lange tijd op de top lopen we terug. Onze gids vraagt of dan misschien toch de krater in willen. Nu niet voor het natuurfenomeen, maar wel om de zwavel en het meer van dichterbij te bekijken. De wind staat supergunstig waardoor de stinkende ongezonde mist richting het meer gaat en niet richting het pad. We laten de keuze bij onze dochter en die wil wel. Alleen bij het meer zelf doen we even de gasmaskers op.
Zo zien we de mannen die hier de zwavel inladen en vervolgens met 60-70 kilo de pittige klim maken uit de krater. Heel ongezond werk maar ze werken allemaal zelfstandig en verkopen de zwavel vervolgens per kilo. Inmiddels staat de zon nog hoger en is het meer nog intenser van kleur. Het is echt een prachtige plek en ik word hier echt heel blij van zo fijn dat onze dochter ook enthousiast is. Het hele vroege opstaan, de kou en de klim zijn allemaal snel vergeten.
Nu zo in de ochtend komen we nauwelijks een andere toerist meer tegen in de krater. Ik ben blij met onze keuze, want het is echt een naar pad waar ik niet ‘s nachts in file had willen lopen. Het pad naar de kraterrand en naar het sunsetpoint vonden we dan wel weer prima te doen. Ja het is steil, maar niet ongelijk. Er zijn zelfs mensen die zich hier in een karretje omhoog laten duwen (kan alleen tot de krater). Drie volwassenen die dan een persoon omhoog sjorren die te slecht te been (of aan de mensen in de karretjes te zien) te lui is om zelf te lopen. Ik vind er wat van, maar onze gids geeft toch nuance. Ze verdienen hiermee meer dan met de zwavelarbeid en promoten het dus juist actief. Een kilo zwavel levert 2.000 rupiah op en je kunt misschien max 70 kilo tillen. Een toerist levert per person wel 200.000 tot 300.000 rupiah op.
Rond 10:00 zijn we weer terug bij onze guesthouse. De rest van de dag doen we weinig spannends meer dan zwemmen en chillen.
Dag 17 op naar Pemuteran, Bali
Van Banyuwangi op Java naar Pemuteran op Bali. Het is makkelijk te doen. Even met Grab een taxi naar de bootterminal, kaartje kopen, uur op de boot en dan aan de overkant nog een uur een taxi. We worden zo doorgestuurd en hoeven geen vaccinatiebewijzen te laten zien. Op Java waren ze met alle drie onze treinen en ook de boot naar Karimunjawa superstreng, dus dit verrast ons.
Op Bali al direct de eerste taxi-mannetjes.. 300.000.. nou nee hoor dan nemen we wel een Grab. Oh dan kan het opeens wel voor 200.000. Jammer genoeg is in Ubud Grab niet bruikbaar want daar heeft de lokale taxi-maffia wel voor gezorgd.
Rond de middag zijn we in Pemuteran, eten doen we lekker op het strand. Dit is zeker geen bountystrand. Het is vrij donker doordat er veel vulkaanas doorheen zit. Ook zijn er wel bomen, maar geen echte wuivende palmbomen. Het koraalrif direct voor de kust is ook nog eens helemaal kapot door dynamiet vissen. Daar hebben ze gelukkig wat op bedacht. Pemuteran heeft een van de grootste kunstmatige riffen ter wereld. Dat doen ze door laag voltage stroom door ijzeren structuren onder water te sturen. Hier plant je dan stukjes gezond, gekweekt koraal op. Die groeien met deze techniek wel 2 tot 5 keer sneller dan op de natuurlijke manier. De wonderlijke vormen onder water zijn best bijzonder om te zien.
Dag 18 Duiken bij Pulau Menjangan
De belangrijkste reden om naar Pemuteran te gaan is omdat je vanaf hier kunt gaan duiken en snorkelen bij Pulau Menjangan. Gelukkig kunnen we ook hier weer een combi doen waarbij wij gaan duiken en onze dochter gaat snorkelen. Niet op dezelfde boot, daarvoor zijn de groepen hier te groot, maar wel samen in de auto en lunchen op het eiland. Zo is het toch een dagje samen uit en is ze uiteindelijk maar tweeënhalf uur met een gids en met andere snorkelaars. Echt heel fijn dat dit soort dingen nu kunnen.
Dit is een beschermd natuurgebied en het koraal is echt kleurrijk en behoorlijk gezond. Tijdens onze twee duiken zagen we drie schildpadden, een haai en vooral heel veel visjes. Echt genieten van het mooie onderwaterleven.
Onze dochter was ook enthousiast over haar snorkelavontuur, maar niet zo dat ze het de dag erop nog een keer wil doen. Dat snappen we ook wel want om 8:15 moeten we klaar staan en om 15:00 zijn we terug. Je bent toch nog behoorlijk lang onderweg voor twee keer een uur duiken of snorkelen. Ter plekke besluiten we dus om morgen al naar Ubud te gaan.
Ik had eigenlijk verwacht dat we, net als toen ze jonger was, om en om zouden duiken, maar nu hebben we door het op deze manier te doen tijd gewonnen. Dat komt mooi uit want Marcels vlucht is vervroegd waardoor we ook weer een halve dag samen verliezen.
Dag 19 Pemuteran naar Ubud
Voor de rit van Pemuteran naar Ubud regelen we een taxi met chauffeur. Met het openbaar vervoer is reizen op Bali zeker op bepaalde trajecten superlastig. Nu kunnen we onderweg nog stoppen. Het is een mooie rit door het bergachtige noorden van Bali. We krijgen de eerste regenbui van de reis.
Dat past wel mooi bij het thema van onze tussenstop bij de watertempel. Op de foto’s ziet het er altijd zo mooi sereen uit maar het is als wij er zijn een enorme drukte. Het valt in de categorie leuk om gezien te hebben en prima omdat het op de route lag, maar zou er niet voor omreizen.
Dag 20-21 Ubud
We zijn in Ubud, na eerst een nachtje in een hotelletje (doordat we de route om hebben gegooid) hebben we nog drie nachten in een privé villa. Dat leek mij wel een keer leuk voor Marcels laatste dagen op reis. Het is dan ook de 2e splurge accommodatie van deze vakantie. Voor ons houdt dat in om in plaats van een prijs rond de 35-50 euro per nacht iets meer dan 100 euro per nacht te betalen.
In Ubud moeten eerst praktische dingen geregeld worden. Zoals het aanvragen van een visum verlenging voor mij en onze dochter. Standaard krijg je 30 dagen en dat kan je een keer verlengen met nog eens 30 dagen. Ook denk ik dat ik onze laatste twee weken moet plannen. We zouden met de boot van Lombok naar Flores gaan en dan ook het eiland Komodo met de Komodovaranen bezoeken. De overheid heeft echter plotsklaps besloten de entreeprijs voor dit eiland en enkele andere eilanden te verhogen ongeveer 10 euro naar 250 euro. Los van het feit dat ik het die prijs niet waard zou vinden heeft dit ook geleid tot hele boze mensen in de toeristenindustrie. Er wordt gestaakt en alles is dicht in het gebied. Net als ik de nieuwe route bijna bedacht hebt, komt er echter bericht dat de prijsverhoging wordt uitgesteld tot 1 januari. We gaan dus alsnog.
In Ubud huren we een scooter en als eerste maken we een rondje dat we ook maakten toen we hier waren in 2007. Valt dat even tegen. De rijstvelden waar je toen zo kon kijken zijn nu een toeristische attractie met Instagram spots en een entreeprijs. De hele mooie serene watertempel waar we van een afstandje keken naar lokale mensen die offers brachten en zich wassen heeft nu niks heiligs meer. Toeristen in gehuurde sarongs staan in de rij om massaal in het water te gaan. Geen haar op mijn hoofd die dat ooit had verzonnen, waarom ook, je bent toch geen Hindoe? Uiteindelijk zijn het echter de Balinezen zelf dit als attractie aanbieden en zoals het er nu aan toe gaan kan je van toeristen misschien ook niet verwachten dat ze enige idee hebben van wat voor een bijzondere plek het ooit was.
Gelukkig zijn de andere twee tempels plekken die we bezoeken nog wel herkenbaar en hangt hier een veel rustigere sfeer. Wellicht omdat je meer moeite moet doen zoals traplopen om hier te komen. Of wellicht door wie de tempel runt. Zo bezoeken we een dag later nog een tempel waar je alleen rondom mag lopen. Aan de ene kant jammer, aan de andere kant een hele goede manier om je heilige plek te behouden als plek om te bidden in plaats van er een attractie van te maken.
De werkelijke highlight van onze twee dagen rondrijden is de natuur rondom Ubud. Marcel slaagt er heel goed in om een route uit te stippelen langs binnendoor wegen. Langs mooie rijstvelden en kleine dorpjes. In een dorpje wordt er enthousiast naar ons gezwaaid, elders vraagt iemand of we de weg kwijt zijn. Dat is toch wel een van de grote verschillen tussen Java en Bali. Op Java waren we zelf de attractie en moesten bijna dagelijks wel met mensen op de foto. Hier op Bali zijn we een van de velen en trekt onze blonde dochter geen aandacht.
Nog een laatste nachtje en dan vertrekt Marcel weer naar Nederland. Zijn drie weken vakantie zit erop. Omdat ik voor mijzelf werk heb ik nou eenmaal de luxe om langer weg te kunnen blijven. Twee jaar geleden deden we het ook zo, toen zetten we Marcel op de trein terug naar huis en gingen mijn dochter en ik nog voor werktrips naar Tsjechië en Oostenrijk. Nu voelt het toch anders en ook weer anders dan toen ik alleen met mijn dochter 3 weken naar Zuidoost-Azië ging toen ze vier was. We hebben het ook zo gezellig samen gehad ondanks de tegenslagen van vliegtuig dat niet ging, geen bagage en een nare oogontsteking. Het zal vast even wennen zijn, maar ons plan is om in ieder geval veel tijd voor meidendingen in te bouwen zoals massages en pedicures.
Ergens deze week werden we trouwens gebeld dat zijn tas gevonden was. Hij ligt op Schiphol, of die hem kwam ophalen. Uh, we zitten nog in Indonesië. Ook ik ben later gebeld door hetzelfde nummer (wat niet terug te bellen is) dus we hopen dat dit inhoudt dat ook mijn tas op Schiphol ligt. Door het tijdsverschil kwam het telefoontje toen we al sliepen en ik was net niet snel genoeg met opnemen. Voor die laatste twee weken ga ik ook de gok niet wagen of die nog aankomt. Dus hopelijk kan Marcel straks beide meenemen van Schiphol. We gaan het zien. De website geeft trouwens nog steeds aan dat beide tassen zoek zijn, dus het is allemaal erg onduidelijk.
Lees hier hoe de reis verder ging in het reisverslag van week 4.